5. Innoveren
Danspunt - Foto © Isaac Ponseele
Digitalisering en duurzaamheid, daar draait het om in deze snel veranderende wereld. Als departement willen we meedrijven op die golven. Zo lanceerden we vorig jaar het vernieuwde dataportaal, waarop we gegevens over de cultuur-, jeugd- en mediasector digitaal en duurzaam beschikbaar maken. Een prachtig staaltje van duurzame en geavanceerde infrastructuur is dan weer ons eigen KMSKA, dat na 11 jaar renovatiewerken weer de deuren opende. Verneem er meer over in dit hoofdstuk.
5.1 De lokale vrijetijdsmonitor: meten is weten
Ondanks de opheffing van Vlaamse subsidies voor het lokale cultuur-, jeugd- en sportbeleid wil de Vlaamse overheid een volwaardige partner blijven van het lokale bestuursniveau en wil ze het lokale vrijetijdsgebeuren blijven monitoren. Daarom ontwikkelde het Departement Cultuur, Jeugd en Media in 2017 de lokale vrijetijdsmonitor (LVTM). Na 2 luwe coronajaren was 2022 weer een jaar vol bedrijvigheid: we lanceerden in het voorjaar een nieuwe bevraging en konden in januari al de eerste datasets vrijgeven.
Dé referentie voor data over vrije tijd
De lokale vrijetijdsmonitor (LVTM) is een interactief platform dat steden en gemeenten in Vlaanderen ondersteunt met gegevens over vrije tijd. Lokale besturen komen er te weten wat er op dat vlak leeft en kunnen hun eigen beleid vergelijken met dat van andere lokale besturen. Dat kan hen motiveren om een bepaalde (nieuwe) richting uit te gaan met hun cultuur-, jeugd- of sportbeleid.
Maar de LVTM is niet alleen een interessante gegevensbron voor lokale besturen. Ook onderzoekers, onderwijsinstellingen en andere Vlaamse entiteiten kunnen aan de slag gaan met de kwantitatieve data die worden ontsloten. Dat kan interessante bevindingen of nieuwe inzichten opleveren voor het lokale of Vlaamse vrijetijdsbeleid.
Tot slot biedt de LVTM onze eigen medewerkers heel wat extra kennis over de lokale cultuur- en jeugdsector, wat kan helpen om bepaalde verbanden te leggen.
Circusplaneet - Foto © Ilse Verstraete
Data uit authentieke bronnen én bevragingen
We richten ons in de eerste plaats tot de stedelijke en gemeentelijke vrijetijdsdiensten in Vlaanderen. Zij zijn immers de authentieke bron van informatie over lokale vrije tijd. Daarnaast betrekken we proactief intermediaire organisaties uit de drie grote vrijetijdssectoren cultuur, jeugd en sport. Dat zijn onder andere de steunpunten en de belangenbehartigers die zich tot het lokale niveau richten en het lokale veld ondersteunen. Ook zij verzamelen heel wat data over vrije tijd.
Maar voor een goed overzicht van het lokale vrijetijdsgebeuren is dat nog niet voldoende. Daarom sturen we om de 3 jaar ook een eigen bevraging uit naar alle lokale vrijetijdsambtenaren in Vlaanderen. Tot nog toe hielden we 2 meetmomenten: het eerste in 2018, het tweede in 2022, door corona 1 jaar later.
Een bevraging organiseren is één zaak, maar lokale besturen, bibliotheken en cultuurhuizen stimuleren om data in te voeren, is nog iets anders. Daarom zetten we vorig jaar een aantal communicatieacties op poten, waardoor de LVTM ook buiten het lokale niveau zichtbaar werd.
- We lieten de 3 bevoegde ministers een award uitreiken aan de eerst deelnemende gemeenten
- We gingen spreken op events en congressen en begeleidden infosessies en werkgroepen.
- We waren zichtbaar op sociale media. Zo werd een promofilmpje met medewerking van de ministers en enkele schepenen de populairste post op de sociale media van ons departement.
- We hielden nauw contact met de lokale vrijetijdsambtenaren via allerlei andere kanalen.
Bevraging 2022: mooie respons ondanks hoger aantal invulvelden
In het voorjaar van 2022 stuurden we een bevraging uit naar alle lokale vrijetijdsdiensten in Vlaanderen. We vroegen gegevens op over 8 thema’s: aanbod, participatie, medewerkers, inspraak, samenwerking, tevredenheid, financiën en infrastructuur.
95% van de lokale besturen toonde interesse voor de registratietool en meldde zich aan. Waar de respons in 2018 zo’n 75% bedroeg – wat ook al mooi is – is die in 2022 gestegen naar 88%: maar liefst 263 lokale besturen namen deel aan de bevraging. Een indrukwekkend cijfer, zeker als je weet dat de bevraging van 2022 meer dan 1.000 niet-verplichte invulvelden bevatte. We hadden immers ook een reeks kernindicatoren voor bibliotheken en culturele centra opgenomen, omdat de monitoringskanalen voor die sectoren opgeheven zijn.
Bij de 263 deelnemende steden en gemeenten zagen we een evenwichtige spreiding over Vlaanderen. Niet alle lokale besturen hebben evenveel data aangeleverd. Per deelnemende stad of gemeente zien we wel wat verschillen in de volledigheid van de data. Dat komt omdat de vrijetijdsdiensten zelf de klemtoon willen leggen op wat zij relevant vinden of op wat belangrijk is voor hun beleidsmeting.
De grotere steden en gemeenten, en zeker de centrumsteden zijn een drijvende kracht voor de omliggende gemeenten om aan de LVTM deel te nemen. Net die grotere steden en gemeenten zijn meer vertrouwd met hoe ze data kunnen inzetten voor beleidsontwikkeling of hebben meer personeel om ermee aan de slag te gaan.
Nieuwsgiering naar de resultaten? Op de vernieuwde website van de LVTM verschijnen stelselmatig nieuwe rapporten. Ook de indicatoren voor elk van de 8 thema’s zijn er raadpleegbaar.
5.2 Open dataplatform maakt hergebruik van gegevens over cultuur, jeugd en media mogelijk
Begin 2022 lanceerde het Departement Cultuur, Jeugd en Media zijn vernieuwde dataportaal. Op termijn zullen daar alle beschikbare data over de beleidsvelden cultuur, jeugd en media te vinden zijn. Uitgangspunt is dat de open data door elke burger geraadpleegd kunnen worden.
Met het project open dataplatform sluiten we aan bij de Vlaamse Datastrategie, die op 18 maart 2022 door de Vlaamse Regering werd goedgekeurd. Daarin staat het zogenaamde FAIR-principe centraal: data moeten vindbaar, toegankelijk, op elkaar afgestemd en herbruikbaar zijn (Findable, Accessible, Interoperable, Reusable).
Zowel vindplaats als toegangspoort
Het dataportaal moet op termijn een centrale vindplaats worden van alle gegevens die het Departement Cultuur, Jeugd en Media aanbiedt. Het dataportaal is bijvoorbeeld vergelijkbaar met een online catalogus van een bibliotheek, die een overzicht biedt van alle boeken en andere zaken die je kunt ontlenen.
Het dataportaal is in eerste instantie bedoeld om informatie over de beschikbare data te delen, niet noodzakelijk de datasets zélf. De datasets kunnen, maar hoeven niet in het dataportaal opgenomen te worden. In heel wat gevallen kan er namelijk een link voorzien worden naar een locatie waar de dataset in zijn eigen originele context wordt aangeboden. Het dataportaal fungeert zo ook als toegangspoort naar verschillende andere locaties. Zo kan een bibliotheekcatalogus specifieke infopagina’s per boek bevatten, maar niet noodzakelijk met de mogelijkheid om het boek uit te lenen of als e-book te downloaden.
Zo open als mogelijk, zo afgeschermd als nodig
Enerzijds maakt het dataportaal het data-aanbod kenbaar en beschikbaar voor gebruik en hergebruik. Anderzijds biedt het dataportaal op gestandaardiseerde wijze inzicht in de bruikbaarheid van de data via beschrijvende metadata over definities, datakwaliteit, oorsprong, verzamelmethode, risico’s bij gebruik, contactpersoon, licentie enzovoort.
De Vlaamse Datastrategie heeft als uitgangspunt dat data ‘zo open als mogelijk, zo afgeschermd als noodzakelijk’ gedeeld moeten worden. Het dataportaal van ons departement komt daaraan tegemoet: de open data kunnen door elke burger geraadpleegd worden. De datasets die uitsluitend bedoeld zijn voor bepaalde gebruikers (bijvoorbeeld onze interne medewerkers of erkende onderzoekspartners), worden per doelgroep rolgebonden aangeboden.
Slechts het begin
De lancering van het platform is pas het begin van een lang verhaal. Voorlopig biedt het een beperkt aantal datasets aan (onder andere van de lokale vrijetijdsmonitor), maar we willen regelmatig nieuwe datasets toevoegen en de bestaande actualiseren.
Sinds 2023 stromen de open data van het portaal ook verder door naar dataportalen van Vlaamse, federale en Europese overheden. Die doorstroming maakt het data-aanbod van het departement ook bekend en vindbaar via al die kanalen.
KMSKA - Foto © Sanne De Block
Opening KMSKA - Jaouad Alloul - Foto © Fille Roelants
5.3 Heropening KMSKA: het schoonste gevoel van 2022
Zaterdag 24 september 2022 was een mijlpaal voor het Museum voor Schone Kunsten in Antwerpen (KMSKA). Na een lange sluiting voor renovatiewerken verwelkomde het Antwerpse museum opnieuw bezoekers. Het KMSKA herbergt meer dan 8.500 kunstwerken, waaronder zo’n 800 Vlaamse topstukken. Een bezoekje meer dan waard!
KMSKA - Foto © Fille Roelants
Als eigen cultureel-erfgoedinstelling is het KMSKA van bijzondere waarde voor Vlaanderen. Zowel het museumgebouw als de kunstcollectie zijn eigendom van de Vlaamse Gemeenschap. Daarnaast heeft het museum ook internationale ambities.
Het doel was van bij het begin dan ook duidelijk: een state-of-the-art-museumgebouw neerzetten in Antwerpen, dat meteen ook uitstraling zou geven aan Vlaanderen. Na een grondige renovatie van maar liefst 11 jaar is het resultaat eindelijk te bewonderen.
KMSKA - Foto © Fille Roelants
Boeiend en uitdagend renovatietraject
Alles begon met een masterplan, waartoe het Departement Cultuur, Jeugd en Media in 2003 de opdracht had gegeven. In 2011 sloot het museum de deuren en startten de werken. Gedurende 11 jaar investeerden we ruim 100 miljoen euro in de renovatie van het museum. We stonden ook in voor de overeenkomsten met de architecten en aannemers die dit complexe dossier tot een goed einde moesten brengen: de bouwkundige werken, de gevelrestauratie, de tuinaanleg, de bewaking, de scenografie, enzovoort.
Samen met medewerkers van het museum en het Facilitair Bedrijf van de Vlaamse overheid legden we een boeiend traject af. Een stuurgroep met de 3 partijen bewaakte het budget en de timing, maar ook de scope van het project: de realisatie van een museumgebouw met een uiterst geavanceerde inrichting. Daarvan getuigen onder meer de hoogtechnologische klimaatinstallatie, het volledig vernieuwde depot en de schilderijenlift.
Het deskundig bewaren en presenteren van de prachtige kunstcollectie bleef steeds de prioriteit. Ook voldoende ruimte voor ontvangst, publiekswerking, participatie en behoud en beheer was een belangrijk aandachtspunt.
Foto © Sanne De Block
Voorbeeld voor de cultureel-erfgoedsector
De unieke verzameling telt meer dan 8.500 kunstwerken, waaronder zo’n 800 topstukken, van Adriaen Brouwer en P. P. Rubens tot James Ensor en Jules Schmalzigaug. Die werken worden beheerd via een langdurige bewaargeving aan het KMSKA. Het museum zorgt voor een professionele bewaring en ontsluiting van de werken, stelt ze tentoon, geeft ze in bruikleen voor tijdelijke tentoonstellingen en voorziet indien nodig een conservatie- of restauratiebehandeling in zijn eigen atelier.
Als cultureel-erfgoedinstelling is het KMSKA een voorbeeld voor de hele cultureel-erfgoedsector. We zijn dan ook heel blij dat het museum terug open is en bijzonder trots dat de waardevolle en unieke collectie opnieuw ‘thuis’ is.
Benieuwd naar wat het KMSKA te bieden heeft? Het museum neemt je graag mee langs 7 eeuwen kunst: een voorsmaakje.
Opening KMSKA - Het Zesde Metaal - Foto © Fille Roelants
5.4 Uw vraag, onze zorg!
Sinds eind februari 2022 maakt het Departement Cultuur, Jeugd en Media gebruik van een servicedesktool om vragen van klanten te behandelen. Met die tool worden de vragen meteen doorgestuurd naar het juiste team en dossierbehandelaar. Bovendien zien we via de tool ook hoeveel vragen er binnenkomen, waarover ze gaan en hoelang het duurt om ze te beantwoorden.
Vlottere doorstroming van de vragen
Het toekennen van subsidies is een van onze kerntaken. Jaarlijks verwerken we ongeveer 6.000 subsidieaanvragen via de KIOSK-applicatie. Daarnaast behandelen we tal van aanvragen voor erkenningen, vergunningen en attesten. Vanzelfsprekend zorgen al die dossiers ook voor diverse vragen, zowel bij de indieners als bij wie een aanvraag wil doen. Vragen die tot voor kort in een gemeenschappelijke mailbox terecht kwamen, van daaruit naar een andere mailbox in de organisatie gestuurd werden, tot ze uiteindelijk door een dossierbehandelaar beantwoord werden.
Sinds vorig jaar beschikken we over een contactformulier op onze website en in KIOSK, waar je als klant je vraag kunt stellen. Op basis van het thema en onderwerp dat je selecteert, zorgt de achterliggende servicedesktool ervoor dat je vraag bij het juiste team terechtkomt. Als je het contactformulier in KIOSK gebruikt, dan wordt je vraag automatisch aan het juiste team toegewezen op basis van het dossiernummer dat in KIOSK al gekend is.
Vaak gestelde vragen: een signaal?
Tot een jaar geleden hadden we geen globaal overzicht van het aantal vragen, het onderwerp van die vragen, de antwoordtermijnen enzovoort. Met de introductie van het contactformulier en de achterliggende servicedesktool is daar verandering in gekomen en kunnen we nu wel mooie rapporten genereren. Voor de periode maart tot en met december 2022 leverde de tool ons de volgende gegevens aan:
- 4.768 klanten hebben via het contactformulier op de website of in KIOSK een vraag gesteld. Dat komt neer op gemiddeld bijna 24 vragen per werkdag. In de maand september hadden we met meer dan 1.100 vragen een absolute piek.
- 56% van de vragen gaat over lopende dossiers.
- 70% van de vragen werd binnen 5 dagen afgehandeld, 82% binnen 10 dagen. Om de overige vragen te beantwoorden is meer tijd nodig.
- De top 10 van onderwerpen is goed voor 75% van alle vragen.
Uiteraard is het de bedoeling om met deze cijfers ook echt aan de slag te gaan: waarom komen bepaalde vragen vaak terug? Wat kunnen we doen of verbeteren om ze te vermijden? Verder zullen we in de loop van 2023 een tevredenheidsenquête houden bij de gebruikers van het contactformulier.
Onthaalpaviljoen - Foto © François Brix
Onthaalpaviljoen - Foto © François Brix
5.5 Nieuw onthaalpaviljoen Kasteel van Gaasbeek
Op 28 juni huldigde de Vlaamse minister van Cultuur het onthaalpaviljoen officieel in. Vanaf 1 juli is het paviljoen open voor bezoekers. De opening is een voorlaatste mijlpaal van het omvangrijke masterplan voor de hele erfgoedsite. In 2023 opent het gerestaureerd kasteel opnieuw de deuren.
Oproep
Via een Open Oproep van de Vlaamse Bouwmeester (een selectieprocedure voor ontwerpers van publieke opdrachten), werd in 2016 het project gelanceerd voor ‘het bouwen van een nieuw onthaalgebouw voor het Kasteel van Gaasbeek, de museumtuin en het omliggende park’. Niet minder dan 120 architectenbureaus stelden zich kandidaat. Daarvan werden er vier geselecteerd en uitgenodigd om deel te nemen aan de ontwerpwedstrijd. Aan de ontwerpers werd gevraagd om een evenwicht te zoeken tussen een hedendaags, goed functionerend gebouw met een beperkte footprint, en het omliggende, beschermde landschap van de kasteelparken van Gaasbeek en het tegenoverliggende Groenenberg, waarmee het een heldere verbinding diende te maken.
Onthaalpaviljoen - Foto © François Brix
Architecturaal statement
De keuze viel op het ontwerp van Atelier Pierre Hebbelinck: een zeer grote uitnodigende luifel met daaronder een gesloten box waarin naast de onthaalfunctie ook de museumshop, kantoorruimte, de museumbibliotheek en het kasteelarchief, een gesloten depot, een berging en het sanitair een plek kregen. Veel functies onder één dak en zo heeft de architect het gebouw ook geconcipieerd: als een genereuze, flexibele ‘doos’ met grote, edelmoedige ruimtes die de intrinsieke kwaliteiten van de site reflecteren.
Het onthaalpaviljoen heeft bewust niet eenzelfde status als het kasteel of de historische gebouwen in het park maar gedraagt zich haast nederig en functioneel, als een ‘gereedschap’ ten dienste aan het domein. Nederig, maar daarom niet minder krachtig. Een architecturaal statement dat ruwheid met elegantie combineert, zowel in de materiaalkeuze, waarin beton, glas, hout en metaal domineren, als op vlak van visuele uitstraling.
Onthaalpaviljoen - Foto © François Brix
Blikvanger
De nieuwbouw situeert zich ter hoogte van de hoofdingang van het parkdomein en fungeert op die manier als poort en scharnierelement tussen de parking en het kasteeldomein, hét startpunt voor ieder bezoek aan zowel het kasteel, de museumtuin als het park.
Onthaalpaviljoen - Foto © François Brix