25 JAAR IN VOGELVLUCHT

Tijd voor een museumbeleid
Naar een geïntegreerd en integraal erfgoedbeleid
Vlaanderen neemt het voortouw
Het beleid voor culturele archiefinstellingen in een notendop
Een pril beleid voor erfgoedbibliotheken
Nieuwe erkenningstekens
Participatie: een essentieel deel van de werking
Blijven inzetten op ontwikkeling

Tijd voor een museumbeleid

Met het Museumdecreet (1996-2004) werden die uitdagingen aangepakt en speelde de Vlaamse Gemeenschap in op de culturele en maatschappelijke verantwoordelijkheden van de musea en op de kwalitatieve verwachtingen van de overheid en het publiek, ook naar de toekomst toe.

De grondslag van het huidige cultureelerfgoedbeleid in Vlaanderen is het Museumdecreet van 1996. De Beleidsbrief Musea van 1996 schetste een beeld van het museumlandschap in Vlaanderen. De ambities van de Vlaamse Gemeenschap waren: een minder versnipperd museumlandschap, een sterkere profilering en dynamischere uitstraling, meer organisatiekracht, meer samenwerking en een evenwichtigere uitbouw van de verschillende museumfuncties. Bijzondere aandacht ging toen al naar de plaats van het museum in de samenleving en de maatschappelijke relevantie. Het bestaansrecht van het museale aanbod werd verbonden aan de betekeniswaarde die het cultureel erfgoed voor de bezoeker verwerft. Met het Museumdecreet (1996-2004) werden die uitdagingen aangepakt en speelde de Vlaamse Gemeenschap in op de culturele en maatschappelijke verantwoordelijkheden van de musea en op de kwalitatieve verwachtingen van de overheid en het publiek, ook naar de toekomst toe.

Een van de belangrijkste pijlers van het Museumdecreet was de erkenning van musea. Daarmee knoopte de Vlaamse Gemeenschap aan bij de internationale tendensen. De mosterd werd gehaald bij het Britse registratiesysteem, maar het decreet is vooral tot stand gekomen in nauwe samenwerking en overleg met de musea in Vlaanderen zelf. Nederland en Denemarken hanteerden op dat moment dezelfde minimumstandaard. De Vlaamse Gemeenschap beoogde de kwaliteit van het museale aanbod te verbeteren en de museumwerking te professionaliseren.

Ondertussen reiken ook de Franse Gemeenschap, Frankrijk, Ierland, en andere Europese landen en regio’s een kwaliteitslabel uit aan kwaliteitsvol werkende collectiebeherende organisaties.

De klemtoon lag op de definitie en de basisfuncties van een museum. Het erkenningsinstrument steunde op de internationaal aanvaarde definitie voor een museum van de Internationale Museumraad ICOM en op internationale standaarden, zoals de internationale regels voor registratie van museale objecten en deontologische code voor het museumberoep.

Wat is een museum?

Musea Brugge - Foto © Foto Dominique Provost Art Photography

Het samenwerkingsverband Stedelijke Musea Ieper kreeg in 1999 als eerste een kwaliteitslabel.

Foto © Yper Museum

De basisfuncties of kerntaken van de museumwerking werden uitdrukkelijk benoemd:

  • verwerven
  • bewarewetenschappelijk onderzoeken
  • ontsluiten van de permanente collectie.

Het Museumdecreet bracht erkenning voor musea die voldeden aan minimale kwaliteitsnormen. Het kwaliteitslabel toonde aan dat een museum op een professionele, duurzame en kwaliteitsvolle manier werkte met aandacht voor zowel de evenwichtige uitoefening van de basisfuncties van de museumwerking als de wijze waarop het management van het museum wordt waargenomen.

Het decreet werd eind 1996 bekrachtigd. Toch was het even wachten op de uitvoering: het uitvoeringsbesluit volgde in 1998, de eerste erkenningen in 1999.

Het Museumdecreet stimuleerde samenwerking. Twee of meer musea die structureel samenwerken kunnen een erkenning aanvragen als één museum. Dit gaf de kans aan kleinere musea om vanuit een samenwerkingsverband een professionele museumwerking uit te bouwen in lijn met de erkenningsvoorwaarden. Het gaat om samenwerking voor het geheel van de museumwerking, vanuit één museaal concept met een aantoonbare meerwaarde. De samenwerking is zowel op het vlak van de uitoefening van de basisfuncties van de museumwerking, als op het vlak van het management van het museum.

Het Erkenningsteken 'Erkend museum'

Vier Gentse musea - Design Museum Gent, Industriemuseum, MSK Gent en SMAK - werden als eerste erkend. Later dat jaar volgden nog 16 andere musea.

Interieur, auteur Anthony De Meyere - Foto © Design Museum Gent

MSK Gent - Foto © Martin Corlazzoli

Naar een geïntegreerd en integraal erfgoedbeleid

Het kwaliteitslabel voor collectiebeherende organisaties blijft een basisgegeven in de decreten die volgen. De voorwaarden en criteria worden verfijnd in overleg met de sector en afgestemd op de maatschappelijke uitdagingen.

Vlaanderen neemt het voortouw

Uitbreiding van het erkenningssysteem

Op vraag van de collectiebeherende cultureelerfgoedorganisaties werd in het Cultureelerfgoeddecreet van 2008 het erkenningssysteem uitgebreid naar culturele archiefinstellingen en erfgoedbibliotheken: een stap in de verdere ontwikkeling van het cultureel erfgoedveld.

Met het kwaliteitslabel voor culturele archiefinstellingen en erfgoedbibliotheken nam de Vlaamse Gemeenschap het voortouw op internationaal vlak. Ook voor archieven en erfgoedbibliotheken is het belangrijk dat de kwaliteit van de werking wordt gemeten en erkend, elk vanuit de eigen praktijk en met een sectorspecifieke invulling.

1996

Museumdecreet

1999

eerste erkende musea

2008

Cultureel erfgoeddecreet

+ 50 erkende musea

eerste erkende culturele archiefinstellingen

2010

eerste erkende erfgoedbibliotheken

Cultureelerfgoedgemeenschappen centraal

Het begrip cultureelerfgoedgemeenschap uit de Unescoconventie van Faro (2005) krijgt vanaf dan een centrale rol in het cultureelerfgoedbeleid. In eerdere decreten werd vaak gesproken over het opnemen van een ‘culturele en maatschappelijke verantwoordelijkheid’. Er werd echter nooit gezegd voor wie of voor wat die verantwoordelijkheid moest worden opgenomen. Om een erkenning als museum, als culturele archiefinstelling of als erfgoedbibliotheek te ontvangen, moet een voldoende breed draagvlak aanwezig zijn voor de collectie. Cultureel erfgoed wordt immers niet bewaard om te bewaren maar net omdat het een waarde heeft voor de gemeenschap. Cultureel erfgoed wordt bewaard omdat er mensen zijn, een cultureelerfgoedgemeenschap, die er betekenissen aan hechten, die het erfgoed waardevol vinden om te behouden en door te geven aan de volgende generaties.

Het beleid voor culturele archiefinstellingen in een notendop

Het Archiefdecreet van 2002 voorzag al in de erkenning en subsidiëring van vier archief- en documentatiecentra op basis van maatschappelijk-filosofische stromingen: KADOC, Amsab-ISG, Liberas en ADVN. Die vier grote archief- en documentatiecentra werden beschouwd als een voorbeeldwerking. Het Archiefdecreet legde echter geen minimale kwaliteitsnormen vast voor een culturele archiefwerking. Het Archiefdecreet subsidieerde daarnaast:

  • archief- en documentatiecentra van landelijk belang op basis van culturele thema’s
  • drie Nederlandstalige archieven in Brussel.

Aan die subsidiëring was geen ‘erkenning’ verbonden. In het Cultureelerfgoeddecreet van 2008 behielden KADOC, Amsab-ISG, Liberas en ADVN hun erkenning op basis van het Archiefdecreet. Andere culturele archiefinstellingen kregen nu eindelijk de mogelijkheid om erkend te worden.

Het Cultureelerfgoeddecreet

Een pril beleid voor erfgoedbibliotheken

Een erfgoedbibliotheek beheert een collectie cultureel erfgoed die van de oudste schriftmaterialen en eerste gedrukte werken tot de moderne en hedendaagse gedrukte en digitale publicaties loopt. Het Archiefdecreet nam, in theorie, die sector mee. Er werd echter nooit een specifiek beleid ontwikkeld. Met het Cultureelerfgoeddecreet gaf de Vlaamse Gemeenschap een eerste aanzet voor een structureel beleid. Het eerste kwaliteitslabel als erfgoedbibliotheek ging in 2010 naar de Bibliotheek Koninklijk Conservatorium Antwerpen. In 2011 volgden de zes partnerbibliotheken van de Vlaamse Erfgoedbibliotheken.

Nieuwe erkenningstekens

In overleg met de verschillende sectoren werden nieuwe erkenningstekens vastgelegd. De erkenningstekens zijn representatief voor elke sector en horen duidelijk in dezelfde reeks thuis.

Het erkenningsteken voor een ‘door de Vlaamse overheid erkende culturele archiefinstelling’ toont archiefrekken, open en uitnodigend.

Voor het erkenningsteken van een ‘door de Vlaamse overheid erkende erfgoedbibliotheek’ lag een open boek als symbool voor de hand.

Het erkenningsteken van een ‘door de Vlaamse overheid erkend museum’ toont een open kader als symbool voor het presenteren van cultureel erfgoed maar ook als symbool voor toegankelijkheid.

Participatie: een essentieel deel van de werking

Foto © KOERS. Museum van de Wielersport

De basisfuncties werden in de cultureelerfgoeddecreten van 2008 en 2012 verbreed met oog op andere deelsectoren. Het Cultureelerfgoeddecreet van 24 februari 2017 introduceerde participatie als vijfde functie. ’Participatie’ werd vanaf dan expliciet opgenomen als een van de kerntaken van de cultureelerfgoedwerking.

Cultureelerfgoedorganisaties hechten terecht veel belang aan hun maatschappelijke rol. Participatie was al een belangrijk aspect in het cultureelerfgoedbeleid door het centraal plaatsen van cultureelerfgoedgemeenschappen.

Participatie betrekt de samenleving, en niet enkel de eigenaars of professionele beheerders van erfgoed, bij de zorg en het doorgeven van erfgoed. Vroeger zeiden de specialisten in het museum wat erfgoed was en wat niet, wat belangrijk was om te bewaren en te tonen en wat niet. De essentie van participatie is een zo breed mogelijk draagvlak creëren door alle geledingen van de samenleving bij cultureel erfgoed en erfgoedwerking te betrekken. Dat vereist voldoende dialoog, interactie en inspraak om verschillende stemmen en perspectieven te laten horen. De regelgeving werd daardoor actueel en gaf richting aan de cultureelerfgoedwerking van de toekomst. In de nieuwe internationale museumdefinitie van 2022 is participatie ondertussen opgenomen. Ook culturele archiefinstellingen en erfgoedbibliotheken integreren participatie als kernopdracht in hun werking.

Foto © Stadsmuseum Lokeren Lokeren

Blijven inzetten op ontwikkeling

Industriemuseum Gent - Foto © Martin Corlazzoli

Het decreet van 2017 integreert de toegenomen aandacht voor immaterieel erfgoed in de cultureelerfgoedwerking. Immaterieel erfgoed omvat niet-tastbare gewoontes en praktijken, kennis en technieken. Musea, erfgoedbibliotheken en culturele archiefinstellingen worden aangemoedigd om binnen alle functies actief in te zetten op immaterieel erfgoed. Hoewel het voor sommige organisaties binnen de eigen context meer relevant en vanzelfsprekend is dan voor andere organisaties, is immaterieel erfgoed niet meer weg te denken binnen een geïntegreerde werking. Door kennis- en praktijkontwikkeling worden de functies verder concreet gemaakt voor de verschillende aspecten van de erfgoedzorg en het borgen van immaterieel erfgoed. Steeds meer collectiebeherende organisaties nemen een rol op voor het documenteren, onderzoeken en levend houden van immaterieel erfgoed dat gelinkt is aan de collectie en werken nauw samen met de betrokken cultureelerfgoedgemeenschappen.

Om de collectiebeherende organisaties te ondersteunen in hun groei en de kwaliteit van de werking te helpen optimaliseren, zette de Vlaamse Gemeenschap de voorbije 25 jaar mee de schouders onder de uitrol van enkele nuttige instrumenten zoals de vertaling van de Art & Architecture Thesaurus (AAT) en Spectrum, de internationaal toegepaste standaard voor collectiemanagement, en ook digitale erfgoedinitiatieven zoals de erfgoedbanken (nu Vlaamse Erfgoeddatabank / MuseumPlus), project CEST (nu kennisbank van meemoo) en het OSLO-datamodel.

Bij het verder uittekenen van het cultureelerfgoedbeleid, blijft de Vlaamse Gemeenschap streven naar de maximale toepassing van de principes van cultureelerfgoedwerking:

  • deontologische regels, kwaliteitsnormen en standaarden die worden toegepast door het werkveld
  • principes als duurzaamheid, betrouwbaarheid, meerstemmigheid, toegankelijkheid en participatie.

Als departement blijven we volop inzetten op het versterken van de erfgoedsector en onderstrepen we het belang van een kwaliteitsvolle en duurzame benadering van cultureel erfgoed.

Jakob Smitsmuseum - Foto © Toerisme Provincie Antwerpen – Rhode Van Elsen